De wetgever heeft getracht met de wijzigingen bepaald in het KB van 18/05/2024 de tarieven die gerechtsdeurwaarders verplicht dienen aan te rekenen in burgerlijke en handelszaken transparanter, moderner en voorspelbaarder te maken.

De krijtlijnen van het nieuwe tarief zijn de volgende:

• Vereenvoudigde en voorspelbare erelonen, beperkt tot 3 klassen
• Goedkoper tarief voor consumenten in het kader van basisvorderingen (water, gas, elektriciteit, telecom, zorg en onderwijs) en tussenkomst van een solidariteitsfonds van de gerechtsdeurwaarders (SOFO)
• Geen repetitieve kosten – afschaffing van de gehekelde kwijtingsrechten

 

Een eerste belangrijke vernieuwing is de invoering van de verplicht aan te rekenen administratieve dossierkost (50€ + btw), bij opstart van elke gerechtelijke en buitengerechtelijke invordering tot betaling van een geldsom.

De verplichte voorafgaandelijke identiteitscontrole en solvabiliteitscontrole worden vergoed door deze administratieve dossierkost. Deze kost omvat alle inlichtingen en controles die de gerechtsdeurwaarder onderneemt om een invorderingsdossier op te starten en op te volgen.

Deze kost valt in eerste instantie ten laste van de verzoekende partij en zal in latere fase gerecupereerd worden bij de schuldenaar.

De gehekelde innings- en kwijtingsrechten worden afgeschaft en vervangen door een invorderingsereloon dat gefixeerd wordt bij de opstart van het dossier. Dit zorgt voor transparantie en voorspelbaarheid.

Nieuw is echter dat dit invorderingsereloon eveneens verschuldigd is, ongeacht in wiens handen wordt betaald, bijgevolg zelfs wanneer deze betaling geschiedt rechtstreeks bij de opdrachtgever of bij diens cliënt.

Het is bijgevolg van extreem belang dat u ons onmiddellijk op de hoogte stelt van elke (deel)betaling, opdat u een correcte saldo-afrekening, inclusief invorderingsereloon, kan worden bezorgd. Voor zover nodig herinneren wij u eraan dat het Tarief van openbare orde is en hiervan op geen enkele wijze kan worden afgeweken. 

Ook indien een schuldenaar u of uw cliënt zou contacteren met het oog op een afrekening, is het bijgevolg derhalve (nog meer dan in het verleden) van belang contact op te nemen met ons kantoor, met het oog op een correcte afrekening, inclusief blootgestelde uitvoeringskosten en invorderingsereloon.

Het invorderingsereloon wordt bepaald aan de hand van een degressief percentage op het in te vorderen bedrag.

Voor vorderingen die vallen onder toepassing van het artikel 591,25° Ger.W. (water, gas, elektriciteit, telecom, zorg en onderwijs) is er een maximum invorderingsereloon bepaald van 100,00 EUR (excl. BTW).

Het detail van de kosten wordt thans volledig uitgeschreven. De onduidelijke afkortingen zijn verdwenen. De Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders bepaalt de volgorde, zodat uniformiteit wordt gewaarborgd, en biedt op haar website een tariefchecker aan waar de toepassing van het tarief kan worden gecontroleerd: www.gerechtsdeurwaarders.be/tariefchecker

Hierin staan alle tariefonderdelen opgesomd met een korte omschrijving van het bijhorend tarief.

Bij ambtelijke handelingen die verricht worden tijdens het weekend, op wettelijke feestdagen en buiten de wettelijke uren is er een dubbel ereloon (urgentietarief) verschuldigd. Hetzelfde geldt bij hoogdringende verrichtingen ( < 24 uur), die worden aangerekend aan de verzoekende partij. Voor zaken hoogdringend uit hun aard of ingevolge wettelijke termijnen kan geen urgentietarief gerekend worden (vb. familiezaken, kort geding, rechtsmiddelen,…).

De kosten voor de opmaak en voorbereiding van een akte die (uiteindelijk toch) niet moet worden betekend, kan in de toekomst eveneens worden aangerekend aan de verzoekende partij aan 1/2e van het toepasselijk tarief.

Aanvraag expeditie:

Indien de opvraging van de expeditie gebeurt door de gerechtsdeurwaarder zal hiervoor een vergoeding verschuldigd zijn van 15,00 EUR (excl. BTW) die ten laste valt van de schuldenaar.

Er werd een verplichte en voorafgaandelijke identiteits- en solvabiliteitscontrole ingevoerd, om vroeg detectie te bevorderen en onnodige procedures met overmatige kosten te vermijden.

De wetgever legt thans uitdrukkelijk op om bij elke dagvaarding tot invordering van een geldsom en bij elke betekening van een vonnis dat veroordeelt tot een geldsom voorafgaandelijk een raadpleging te verrichten van het CBB (centraal bestand van beslagberichten).

De kosten hiervan zijn vervat in de hogervermelde administratieve dossierkost, die in het kader van de latere invordering wordt verhaald op de schuldenaar. De dossierkost is immers forfaitair bij K.B. vastgelegd en behoeft geen bijkomende veroordeling.

In het kader van onze algemene informatieplicht zullen wij onze bevindingen naar onze opdrachtgevers terugkoppelen, zodat deze (in overleg met zijn cliënt) geïnformeerd kan beslissen om de invordering al dan niet op te starten.

De wetgever heeft een wettelijk kader voorzien voor de afhandeling van afbetalingsplannen. Een toegekend afbetalingsplan dient schriftelijk bevestigd te worden en werkt voortaan schorsend.

Bij niet-naleving van het afbetalingsplan is de gerechtsdeurwaarder (éénmalig) verplicht eerst een nieuwe betalingsherinnering te sturen naar de schuldenaar met aanmaning om de achterstand in te halen binnen de 8 dagen, waarna – bij gebreke aan betaling – de gedwongen tenuitvoerlegging kan worden hernomen.

Vanzelfsprekend wordt een afbetalingsakkoord slechts toegestaan binnen de grenzen van ons mandaat of mits uw voorafgaande instemming. 

De wetgever heeft het wenselijk geacht te voorzien dat er slechts één uniek roerend beslag per persoon meer zal zijn. Dit impliceert dat een volgende schuldeiser verplicht gebruik moet maken van dit eerder gelegd “moederbeslag” en op basis van een uittreksel ervan een gemeengemaakt beslag moet leggen. Enkel mits motivering van een ontoereikend of onvolledig voorgaand beslag kan er nog worden overgegaan tot een beslag bij vergelijking en uitbreiding.

De wetgever heeft een verbod ingevoerd van deficitaire openbare verkopen. De gerechtsdeurwaarder zal bijgevolg voortaan de verkoop van de inbeslaggenomen goederen moeten weigeren indien deze kennelijk onvoldoende waarde vertegenwoordigen om de uitvoeringskosten te dekken.

Ten einde de schuldenaar te informeren, voorziet de wetgever de verplichting om aan elke inleidende akte en betekeningen van titels tot invordering van een geldsom een informatieblad toe te voegen. Hierin wordt de schuldenaar geïnformeerd over gerechtelijke en buitengerechtelijke oplossingen om zijn financiële situatie te herstellen of een betalingsregeling te bekomen voor zijn schulden.

Voor de volledigheid kan u via deze link de volledige overzichtstabel van het nieuwe tarief consulteren. 

Heeft u specifieke vragen over (de concrete toepassing van) het tarief, dan helpen wij u graag – telefonisch of per email - verder.